We zien dat er in wijken steeds meer verschillende inwonersgroepen naast elkaar komen en blijven wonen: mensen met een psychische kwetsbaarheid, met een verstandelijke beperking, arbeidsmigranten, statushouders of mensen die langdurig arbeidsongeschikt zijn. Vaak hebben dergelijke groepen het op verschillende levensterreinen niet gemakkelijk. Dat kan ook zichtbaar worden in hoe zij hun rol als buur of wijkbewoner vervullen. Buren en wijkbewoners begrijpen op hun beurt het gedrag, de belevingswereld en situatie van kwetsbare groepen niet altijd en houden – vanwege angst of zorg – afstand. Hierdoor ontstaat er binnen deze wijken onbegrip, afstand en problemen.

Er worden betaalde professionals ingezet om mensen met een kwetsbaarheid te helpen: hulpverleningsinstanties, de woningbouwvereniging of andere maatschappelijke organisaties. De inzet van deze professionals is goed, maar zorgt er tegelijkertijd ook voor dat mensen worden gezien als cliënt of patiënt en niet als buur of wijkbewoner. Dat maakt meedoen in de wijk dan nog moeilijker.

Wat zou het mooi zijn als mensen met een kwetsbaarheid gewoon mee kunnen doen in de wijk, als buur. Dit vraagt echter de nodige bewustwording bij betrokken partijen. Ontmoeten en meedoen gaat niet vanzelf, dit proces vraagt om ondersteuning. In deze blog vertel ik meer over mijn ideeën hierover.

Rol van buur niet op gang

In het contact met professionele hulpverleners zijn kwetsbare mensen vooral cliënt of patiënt. Omdat de focus ligt op deze rol, komt de rol als buur of wijkbewoner niet (of moeilijk) op gang. Dit doet veel met het zelfrespect van mensen en zorgt voor eenzaamheid. Eenzaamheid is vaak één van de redenen waarom mensen meerdere keren dak- of thuisloos worden.

Het belang van verbindingen in de wijk

Ik vind dat gemeentes een actieve rol hebben om na te denken hoe zij verbindingen in de wijk kunnen stimuleren. Want juist kwetsbare mensen zijn aangewezen op de wijk waarin ze wonen. Terwijl ze moeilijk in staat zijn om connecties in hun wijk op te bouwen. Daar komt bij dat mensen in wijken waar veel sociale problematiek is, geneigd zijn buren op afstand te houden. Uit angst voor het onbekende, maar ook uit schaamte voor eigen problemen en zorgen.

Welkome wijken

Gemeentes kunnen investeren in welkome wijken: wijken waar alle bewoners zich welkom en thuis voelen, ongeacht hun status. Uit ervaring weet ik wat vooroordelen zijn bij buren over kwetsbare mensen in hun wijk. Ik weet wat buren lastig vinden in het contact. Graag geef ik bestaande partijen vernieuwende inzichten als het gaat om kwetsbaarheid in de wijk en contact tussen buren. In veel gemeentes staan afzonderlijke thema’s als psychische kwetsbaarheid en armoede wel op de agenda, maar vaak ontbreekt de samenhang en de relatie met de wijk.

Positief burencontact

Graag denk ik met gemeenten mee: hoe maken we van een ‘moeilijke’ wijk een welkome wijk? Hoe zorgen we dat burgers met elkaar in contact komen, elkaar ontmoeten. Zodat kwetsbare mensen de rol van ‘buur’ makkelijker kunnen oppakken en verbindingen aangaan. Hierdoor ontstaat positief burencontact. Dit komt veiligheid ten goede en maakt de kans op eenzaamheid minder. Professionals inzetten om kwetsbare mensen te ondersteunen is mooi, maar er is meer. Je moet als gemeente investeren in de ontmoeting tussen buren, in het ‘elkaar zien’. Ik help gemeentes hierbij. Ook wijs ik gemeentes op de grenzen van burenhulp. Ik help nadenken wat buren kunnen doen, maar pleit er voor dat zij niet de rol van professionals over moeten nemen.

Twee perspectieven

In mijn aanpak ga ik altijd uit van twee perspectieven: de rol van buren in relatie tot kwetsbare mensen in hun wijk: wat ervaren zij (angst, woede, onwetendheid)? En daarnaast is er uiteraard het perspectief van mensen met een kwetsbaarheid: hoe kunnen zij hun rol als buur vervullen? Vanuit die dubbele realiteit kan je aanknopingspunten zoeken voor verbetering.

Petra van der Horst
Kwetsbaarheid in de Wijk